La ricerca scomparire ha prodotto 35 risultati
IT Italiano NL Olandese
scomparire (v) [esistenza] uitsterven (v) {n} [esistenza]
scomparire (v) [animali] verloren gaan (v) [animali]
scomparire (v) [esistenza] verloren gaan (v) [esistenza]
scomparire (v) [sparire] verloren gaan (v) [sparire]
scomparire (v) [abitudine] niet langer bestaan (v) [abitudine]
IT Italiano NL Olandese
scomparire (v) [animali] niet langer bestaan (v) [animali]
scomparire (v) [esistenza] niet langer bestaan (v) [esistenza]
scomparire (v) [abitudine] uitsterven (v) {n} [abitudine]
scomparire (v) [animali] uitsterven (v) {n} [animali]
scomparire (v) [abitudine] verloren gaan (v) [abitudine]
scomparire (v) [sparire] uitsterven (v) {n} [sparire]
scomparire (v) [sparire] verflauwen (v) [sparire]
scomparire (v) [speranza] verflauwen (v) [speranza]
scomparire (v) [abitudine] verzwinden (v) [abitudine]
scomparire (v) [animali] verzwinden (v) [animali]
scomparire (v) [esistenza] verzwinden (v) [esistenza]
scomparire (v) [sparire] verzwinden (v) [sparire]
scomparire (v) [speranza] verzwinden (v) [speranza]
scomparire (v) [animali] verdwijnen (v) [animali]
scomparire (v) [speranza] afnemen (v) [speranza]
scomparire (v) [sparire] verzwakken (v) [sparire]
scomparire (v) [speranza] verzwakken (v) [speranza]
scomparire (v) [abitudine] tenietgaan (v) [abitudine]
scomparire (v) [animali] tenietgaan (v) [animali]
scomparire (v) [esistenza] tenietgaan (v) [esistenza]
scomparire (v) [sparire] tenietgaan (v) [sparire]
scomparire (v) [abitudine] verdwijnen (v) [abitudine]
scomparire (v) [sparire] afnemen (v) [sparire]
scomparire (v) [esistenza] verdwijnen (v) [esistenza]
scomparire (v) [sparire] verdwijnen (v) [sparire]
scomparire (v) [speranza] verdwijnen (v) [speranza]
scomparire (v) [abitudine] ophouden te bestaan (v) [abitudine]
scomparire (v) [animali] ophouden te bestaan (v) [animali]
scomparire (v) [esistenza] ophouden te bestaan (v) [esistenza]
scomparire (v) [sparire] ophouden te bestaan (v) [sparire]
IT Sinonimi per scomparire NL Traduzioni
andare [sparire]
trasferirsi [allontanarsi] skifte
emigrare [allontanarsi] udvandre (v)
abbandonare [allontanarsi] efterlade
lasciare [allontanarsi] tillade
fuggire [svanire] fly {n}
sparire [svanire] forsvinde (v)
svanire [disperdersi] forsvinde (v)
chiudere [annullare] lukke
spegnere [annullare] slukke (v)
eliminare [annullare] (informal stryge
cessare [annullare] ophøre (v)
estinguere [annullare] slukke (v)
morire [finire] opgive
coricarsi [calare] gå ned (v n adj)
tramontare [calare] gå ned (v n adj)