La ricerca veroordelen ha prodotto 37 risultati
NL Olandese IT Italiano
veroordelen (v) [godsdienst] anatematizzare (v) [godsdienst]
veroordelen (v) [rechten] condannare (v) [rechten]
veroordelen (v n) [to find guilty] condannare (v n) [to find guilty]
veroordelen (v) [voorbestemmen] condannare (v) [voorbestemmen]
veroordelen (v) [afkeuren] biasimare (v) [afkeuren]
NL Olandese IT Italiano
veroordelen (v) [hekelen] biasimare (v) [hekelen]
veroordelen (v) [hekelen] predestinare (v) [hekelen]
veroordelen (v) [kritiek] predestinare (v) [kritiek]
veroordelen (v) [rechten] predestinare (v) [rechten]
veroordelen (v) [voorbestemmen] predestinare (v) [voorbestemmen]
veroordelen (v) [kritiek] condannare (v) [kritiek]
veroordelen (v) [godsdienst] anatemizzare (v) [godsdienst]
veroordelen (v) [afkeuren] deprecare (v) [afkeuren]
veroordelen (v) [hekelen] deprecare (v) [hekelen]
veroordelen (v) [godsdienst] dannare (v) [godsdienst]
veroordelen (v) [hekelen] giudicare colpevole (v) [hekelen]
veroordelen (v) [kritiek] giudicare colpevole (v) [kritiek]
veroordelen (v) [rechten] giudicare colpevole (v) [rechten]
veroordelen (v) [voorbestemmen] giudicare colpevole (v) [voorbestemmen]
veroordelen (v) [afkeuren] sgridare (v) [afkeuren]
veroordelen (v) [hekelen] disapprovare (v) [hekelen]
veroordelen (v) [kritiek] disapprovare (v) [kritiek]
veroordelen (v) [rechten] disapprovare (v) [rechten]
veroordelen (v) [voorbestemmen] disapprovare (v) [voorbestemmen]
veroordelen (v) [afkeuren] riprendere (v) [afkeuren]
veroordelen (v) [hekelen] riprendere (v) [hekelen]
veroordelen (v) [afkeuren] rimproverare (v) [afkeuren]
veroordelen (v) [hekelen] rimproverare (v) [hekelen]
veroordelen (v) [afkeuren] disapprovare (v) [afkeuren]
veroordelen (v) [hekelen] sgridare (v) [hekelen]
veroordelen (v) [afkeuren] censurare (v) {m} [afkeuren]
veroordelen (v) [hekelen] censurare (v) {m} [hekelen]
veroordelen (v) [kritiek] censurare (v) {m} [kritiek]
veroordelen (v) [rechten] censurare (v) {m} [rechten]
veroordelen (v) [voorbestemmen] censurare (v) {m} [voorbestemmen]
veroordelen (v) [afkeuren] condannare (v) [afkeuren]
veroordelen (v) [hekelen] condannare (v) [hekelen]

Olandese Italiano traduzioni