NL Olandese dizionario: vergaan
vergaan ha 85 traduzioni in 14 lingue
traduzioni di vergaan
- sgretolarsi (v) [gebouw]
- decomporsi (v) [to decay]
- marcio (a) [algemeen] {m}
- marcire (v n) [to decay]
- putrido (a) [algemeen]
- fare naufragio (v) [nautisch]
- far naufragare (v) [nautisch]
- affondare (v) [nautisch]
- colare a picco (v) [nautisch]
- andare a fondo (v) [nautisch]
- putrefarsi (v n) [to decay]
NL ES Spagnolo 10 traduzioni
- desmoronarse (v) [gebouw]
- descomponerse (v) [to decay]
- hundirse (v) [nautisch]
- podrido (a) [algemeen]
- putrefacto (a) [algemeen]
- naufragar (v) [nautisch]
- estar destrozado (v) [nautisch]
- irse a pique (v) [nautisch]
- podrir (v n) [to decay]
- pudrir (v n) [to decay]
NL FR Francese 10 traduzioni
- se désagréger [gebouw]
- se décomposer (v) [to decay]
- pourrir (v n) [to decay]
- putride [algemeen]
- pourrissant [algemeen]
- faire naufrage [nautisch]
- couler [nautisch]
- tomber en poussière [gebouw]
- provoquer le naufrage de [nautisch]
- sombrer [nautisch]
NL DE Tedesco 12 traduzioni
- verfallen (v) [to decay]
- sinken (v) [nautisch]
- modern (v) [gebouw]
- zerfallen (v) [to decay]
- untergehen (v) [nautisch]
- verderben (v n) [to decay]
- Schiffbruch erleiden (v) [nautisch]
- faulig (a) [algemeen]
- verwest (a) [algemeen]
- verfaulen (v) [to decay]
- sich zersetzen (v) [to decay]
- verrotten (v) [to decay]
NL PT Portoghese 13 traduzioni
- entrar em decadência (v) [gebouw]
- degradar-se (v) [gebouw]
- decompor (v) [to decay]
- afundar (v) [nautisch]
- podre (a) [algemeen]
- apodrecer (v n) [to decay]
- pútrido (a) [algemeen]
- soçobrar (v) [nautisch]
- naufragar (v) [nautisch]
- fazer naufragar (v) [nautisch]
- levar a pique (v) [nautisch]
- ir a pique (v) [nautisch]
- putrefazer (v n) [to decay]
NL SV Svedese 8 traduzioni
- sjunka (v) [nautisch]
- gå under (v) [nautisch]
- rutten (a) [algemeen]
- ruttna (v n) [to decay]
- vittra sönder (v) [gebouw]
- lida skeppsbrott (v) [nautisch]
- förlisa (v) [nautisch]
- komma att förlisa (v) [nautisch]
NL RU Russo 4 traduzioni
- гнить (v n) [to decay] (vi)
- сгнить (v n) [to decay] (v n)
- разлага́ться (v) [to decay] (n v)
- разложи́ться (v) [to decay] (v)