Woxikon / Verbi / Olandese / V / verzwendelen

NL Olandese coniugazione di verzwendelen

Forme verbali complessive: 52
Imperativi e participi
Tegenwoordig en verleden deelwoord verzwendelend
Tegenwoordig en verleden deelwoord verzwendeld
Tipo ik jij hij/zij/het wij jullie zij
Presens verzwendel verzwendelt verzwendelt verzwendelen verzwendelen verzwendelen
Imperfect verzwendelde verzwendelde verzwendelde verzwendelden verzwendelden verzwendelden
Toekomende tijd I zal verzwendelen zult verzwendelen zal verzwendelen zullen verzwendelen zullen verzwendelen zullen verzwendelen
Conditionalis I zou verzwendelen zou verzwendelen zou verzwendelen zouden verzwendelen zouden verzwendelen zouden verzwendelen
Perfectum heb verzwendeld hebt verzwendeld heeft verzwendeld hebben verzwendeld hebben verzwendeld hebben verzwendeld
Voltooid verleden tijd had verzwendeld had verzwendeld had verzwendeld hadden verzwendeld hadden verzwendeld hadden verzwendeld
Toekomende tijd II zal verzwendeld hebben zult verzwendeld hebben zal verzwendeld hebben zullen verzwendeld hebben zullen verzwendeld hebben zullen verzwendeld hebben
Conditionalis II zou hebben verzwendeld zou hebben verzwendeld zou hebben verzwendeld zouden hebben verzwendeld zouden hebben verzwendeld zouden hebben verzwendeld
Imperatief - verzwendel - - verzwendelt -

Verbi simili a verzwendelen

Verbi coniugati prima e dopo verzwendelen

« verzwendelen »

Più azioni per verzwendelen