La ricerca veroorzaken ha prodotto 81 risultati
NL Olandese IT Italiano
veroorzaken (v) [reactie] far nascere (v) [reactie]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] dare (v) {m} [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] dare (v) {m} [algemeen]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] determinare (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [schade] determinare (v) [schade]
NL Olandese IT Italiano
veroorzaken (v) [ramp] determinare (v) [ramp]
veroorzaken (v) [opstand] determinare (v) [opstand]
veroorzaken (v) [oorzaak] determinare (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] determinare (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] determinare (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] far nascere (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [opstand] dare (v) {m} [opstand]
veroorzaken (v) [ramp] far nascere (v) [ramp]
veroorzaken (v) [oorzaak] far nascere (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] effettuare (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [schade] effettuare (v) [schade]
veroorzaken (v) [ramp] effettuare (v) [ramp]
veroorzaken (v) [opstand] effettuare (v) [opstand]
veroorzaken (v) [oorzaak] effettuare (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] effettuare (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] effettuare (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [schade] creare (v) [schade]
veroorzaken (v) [to cause, to produce] generare (v) [to cause, to produce]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] generare (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [schade] generare (v) [schade]
veroorzaken (v) [ramp] generare (v) [ramp]
veroorzaken (v) [opstand] generare (v) [opstand]
veroorzaken (v) [oorzaak] generare (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] generare (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] generare (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] creare (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] essere la causa di (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [ramp] creare (v) [ramp]
veroorzaken (v) [opstand] creare (v) [opstand]
veroorzaken (v) [oorzaak] creare (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] creare (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] creare (v) [algemeen]
veroorzaken (n v) [to produce as a result] ottenere (n v) [to produce as a result]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] dare (v) {m} [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [schade] dare (v) {m} [schade]
veroorzaken (v) [ramp] dare (v) {m} [ramp]
veroorzaken (v) [algemeen] istigare (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [opstand] causare (v) [opstand]
veroorzaken (v) [oorzaak] causare (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] causare (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] causare (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] istigare (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [schade] istigare (v) [schade]
veroorzaken (v) [ramp] istigare (v) [ramp]
veroorzaken (v) [opstand] istigare (v) [opstand]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] istigare (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [ramp] causare (v) [ramp]
veroorzaken (n v) [to set off an event or action] provocare (n v) [to set off an event or action]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] provocare (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [schade] provocare (v) [schade]
veroorzaken (v) [reactie] provocare (v) [reactie]
veroorzaken (v) [ramp] provocare (v) [ramp]
veroorzaken (v) [opstand] provocare (v) [opstand]
veroorzaken (v) [oorzaak] provocare (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] provocare (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] provocare (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [ramp] scatenare (v) [ramp]
veroorzaken (v) [schade] essere la causa di (v) [schade]
veroorzaken (v) [ramp] essere la causa di (v) [ramp]
veroorzaken (v) [opstand] essere la causa di (v) [opstand]
veroorzaken (v) [oorzaak] essere la causa di (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] essere la causa di (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] essere la causa di (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] scatenare (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [schade] scatenare (v) [schade]
veroorzaken (v) [reactie] scatenare (v) [reactie]
veroorzaken (n v) [to produce as a result] produrre (n v) [to produce as a result]
veroorzaken (v) [opstand] scatenare (v) [opstand]
veroorzaken (v) [oorzaak] scatenare (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] scatenare (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] scatenare (v) [algemeen]
veroorzaken (n v) [to set off an event or action] causare (n v) [to set off an event or action]
veroorzaken (v adj) [to cause to happen] causare (v adj) [to cause to happen]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] causare (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [schade] causare (v) [schade]
veroorzaken (v) [reactie] causare (v) [reactie]

Olandese Italiano traduzioni

NL Sinonimi per veroorzaken IT Traduzioni
scheppen [teweegbrengen] shovel
teweegbrengen [verwekken] elicit (formal)
opwekken [verwekken] n rouse
maken [veroorzaken] develop
laten [doen] feature
oproepen [wekken] evoke (formal)
leiden tot [wekken] add to
aanstichten [aanrichten] bring on
verwekken [aanrichten] sire
voortbrengen [produceren] engender
wekken [leiden tot] arouse (formal)
berokkenen [aandoen] bring
opleveren [aandoen] produce
bezorgen [aandoen] fetch
aanrichten [organiseren] arrange
toebrengen [berokkenen] inflict
aandoen [berokkenen] turn on
baren [bezorgen] n give birth